top of page
Zoeken
  • Harry Pape-Luijten

Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed: Religieus verleden – Grenzeloos erfgoed


Inleiding

In een zekere herhaling van zetten hebben wij afgelopen maand geen bijdrage in het kader van het Europees Jaar met jullie gedeeld… November is een notoir drukke maand als het aankomt op congressen én lopende projecten, dus tussen (het mede-organiseren van) de Reuvensdagen in Vlaardingen en een tweetal ontzettend leuke archeologische open dagen in Voorthuizen en Voorst hebben we besloten om even wat ademruimte te nemen tot in december. Kortom, vandaag weer een dubbele uitgave – en gelijk ook de laatste in de reeks van dit bijzondere erfgoedjaar.

Voor november en december gecombineerd eindigen we 2018 dan ook in de hoek van het religieus, grenzeloos erfgoed. Ogenschijnlijk een lastig één-tweetje, maar daar schuilt natuurlijk nu net de uitdaging in. Als uitkomst kwamen we dan ook dichter bij huis uit dan verwacht… op naar de Over-Betuwe!

  • Januari: Creativiteit vanuit traditie

  • Februari: Duurzaam vakmanschap

  • Maart: Water

  • April: Gemaakt landschap

  • Mei: Europese routes

  • Juni: Verdedigingslinies

  • Juli: Erfgoed is van ons allemaal

  • Augustus: Landgoederen en buitenplaatsen

  • September: Beladen erfgoed

  • Oktober: Opgegraven geschiedenis

  • November: Religieus verleden

  • December: Grenzeloos erfgoed

Harde en zachte grenzen

Gezien onze eerdere bijdragen over de Romeinen in Nederland en de streek tussen Arnhem en Nijmegen – denk aan onze publieksopgraving in Park Lingezegen – zou je misschien denken dat we het expres doen, maar vandaag komen we dan toch weer uit in het Gelderse Elst. Waarom nu net hier, als we het hebben over religieus erfgoed en grenzen of grenzeloosheid? Die reden vinden we in de geografische locatie van Elst.

Elst ligt in de Over-Betuwe, een landstreek in het Gelderse rivierengebied die in het noorden wordt begrensd door de Nederrijn, in het zuiden door de Waal en in het oosten door het Pannerdens Kanaal (een voortzetting van de Rijn). De algehele Betuwe is eigenlijk een groot eiland tussen de rivieren Rijn en Waal, wat op de kaart in onderstaande afbeelding duidelijk tot uitdrukking komt (met dank aan de website van de Romeinse Limes). Elst ligt in het midden van dit eiland, ten tijde van de Romeinse overheersing strategisch centraal gelegen tussen castellum Arnhem-Meinerswijk en de stad Nijmegen (Noviomagus). In wezen lag Elst daarmee tussen een relatief ‘harde’ en ‘zachte’ grens. De eerste was de redelijk veilige lijn van de Waal, in het duidelijke Romeinse gebied rond Nijmegen. De tweede was de limes, de uiterlijke grens van het Rijk in deze regio en in wezen de demarcatie van een betwist overgangsgebied. Je zou kunnen zeggen dat Elst dan ook niet alleen in een geografisch, maar ook in een sociaal-cultureel én religieus grensgebied lag: het raakvlak tussen Romeinen en Germanen.

Regeren door religie

Het Romeinse Rijk was op het hoogtepunt van haar bestaan een geheel van verschillende stammen, culturen en andere groeperingen. In die zin is het Rijk misschien wel de belichaming van grenzeloos erfgoed, want we vinden tegenwoordig in landen die niet alleen geografisch maar ook qua geschiedenis en tradities mijlenver uit elkaar liggen dezelfde Romeinse hand. Nu staan de Romeinen wellicht het meest bekend om hun militaire veroveringen en de daarmee gepaard gaande groei van hun keizerrijk. Echter, wat vaak vergeten wordt is dat de Romeinen ook een andere manier hadden om gebieden en de mensen die daar woonden in te lijven: religie. Hoewel het opkomende christendom sterk heeft geleden onder de Romeinen, waren zij eigenlijk opmerkelijk tolerant daar waar het op religie aankwam.

In wezen werd het overwonnen volkeren toegestaan om hun eigen geloof te blijven belijden, zolang de keizer en zijn rijk maar de gepaste eer werd bewezen. Echte godsdienstvrijheid was het natuurlijk niet, met zo’n disclaimer erbij, maar het was een stap vooruit op alle veroveraars die hun eigen geloof en gebruiken probeerden op te dringen aan de lokale bevolking en daarmee altijd onvrede en weerstand over zich afriepen. De Romeinen gingen echter zelfs nog wat verder, ogenschijnlijk alleen omwille van een simpele vertaling, maar mogelijk ook gedreven door hun begrip van de nauwe banden tussen geloof en politiek. Het was namelijk gangbaar om Romeinse en lokale godheden met elkaar te verbinden tot een soort hybriden (de Interpretatio Romana), waarmee bijgedragen werd aan de integratie van een overwonnen of geallieerd volk in het Romeinse Rijk.

Een held en zijn tempel

Een goed voorbeeld van die integratie is Hercules Magusanus. Daarin zien we de combinatie van de Romeinse held en halfgod Hercules, met de Bataafse oppergod Magusanus. De Germaanse Bataven werden al in 12 voor Chr. onderworpen door de Romeinen, waarna zij bondgenoten werden die vrijgesteld waren van belasting. Velen van hen namen dienst in het Romeinse leger en kwamen zo in aanraking met de goden van hun overheersers. Men zag overeenkomsten en, hoewel dat niet bewezen kan worden, het zal de Romeinen ongetwijfeld goed uit zijn gekomen dat er op deze manier een innige religieuze band ontstond tussen Romeins en Bataafs gedachtegoed.

Deze samenvoeging uitte zich onder andere in het stichten van tempels door Romeinse soldaten – waarschijnlijk in elk geval deels van Bataafse origine – in Bataafs gebied. Op drie plekken zijn deze tempels teruggevonden, al dan niet fragmentarisch: Kessel, Empel en Elst. Er zijn aanwijzingen dat waarschijnlijk alle drie deze tempels aan Hercules Magusanus waren gewijd, getuige de vondst van beelden ter plaatse van of in de buurt van de tempels. In Elst werd de eerste tempel gebouwd in de 1ena Chr. Na circa 100 werd het gebouw vervangen door en nog groter exemplaar. Uniek voor Nederland is dat de resten van beide tempels nog steeds te zien zijn, onder de huidige Grote Kerk! Is het toevallig dat juist hier, midden in de Over-Betuwe en tussen de ‘harde’ en ‘zachte’ Romeinse grenzen in, een plek was die belangrijk genoeg werd geacht om eeuwenlang met een tempel gemarkeerd te worden?

De 20e eeuw en verder

De Tweede Wereldoorlog heeft in de Over-Betuwe ontzettend veel schade aangericht, aan mens, landschap en erfgoed. De Grote Kerk van Elst, gebouwd op de locatie van de Romeinse tempels én van de eerdere kerk met daarin naar verluid het gebeente van Werenfried, werd tijdens bombardementen in 1944 zwaar beschadigd. Dat de kerk echter was gesticht op een locatie met zoveel duizenden jaren geschiedenis, werd pas duidelijk toen men met de herstelwerkzaamheden aan de gang ging. Hierbij werd voor het eerst het roemrijke Romeinse verleden van Elst duidelijk. En het bleef niet bij de ontdekking van de tempels onder de Grote Kerk, want in de jaren daarna werden ook de tempel in de wijk Westeraam, delen van de Romeinse weg tussen Driel en Elst (nu gevisualiseerd aan de Grote Molenstraat) en meerdere resten van Romeinse bewoning aan de Dorpsstraat gevonden. Wie weet wat de toekomst nog gaat brengen, in deze bijzondere grensstreek?

En daarmee zijn we aan het eind gekomen van het Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed. Het beviel ons goed om deze thematische lijn een jaar te volgen en hopelijk konden jullie het ook waarderen!

Meer weten over de Romeinse tempels van Elst? Bezoek dan het Tempel|Kerk Museum in de Grote Kerk en volg het op Facebook!

39 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page